Kleine kindjes, grote oren
Je denkt vaak dat kleine kinderen in hun eigen wereld leven en dat ze niet altijd meekrijgen waar volwassenen het over hebben. Nou daar vergis je je dus in. Vanaf het moment dat ze een paar woordjes gaan praten moet je al op je hoede zijn. Daarvoor eigenlijk al, maar dan kunnen ze het nog niet reproduceren wat er gezegd is en dus de volwassenen niet in verlegenheid brengen.
Als juf van een kleuterklas hoor ik soms uitspraken door de vier- vijf- of zesjarigen waarvan je denkt, het is maar goed dat papa of mama er nu niet bij zit. Maar ook nog jongere kinderen kunnen door hun gedrag laten zien dat ze van alles hebben opgepikt waar het gesprek van de grote mensen over ging.
Zo hadden we het aan tafel laatst nog even over Sinterklaas. Weet ik veel hoe we er op kwamen, maar Stans oortjes, die nog geen twee jaar telden hadden het woord sinterklaas opgevangen en meteen mengde hij zich in het gesprek door het over de baard te hebben. Het woord baard kan hij goed uitspreken en dat laat hij dan vergezeld gaan van een handgebaar wat een lange baard voorstelt. Wanneer het over eten gaat is hij meteen een en al oor. Eten is ook een woord wat hij goed kan zeggen, misschien omdat hij er dol op is. Als je vraagt, wat zullen we straks eten, tien tegen één dat Stan dan al aan tafel gaat zitten.En bedenk dan dat Stan zogenaamd ongestoord zit te spelen en het zo lijkt of hij in zijn eigen wereld vertoeft. Of als er gekookt gaat worden, dan gebeurt er dit. Stan ziet iemand bij de kookplaat staan, staakt zijn spel, loopt naar de eettafel, duwt tegen een stoel aan tot hij in beweging komt en schuift de stoel voor zich uit de kamer door naar de keuken om er op te klimmen en te kijken wat er in de pan wordt klaargemaakt.
Als Tess er is gaat het net zo. Tess is al twee keer geopereerd en heeft daarnaast al kleine ongelukjes gehad. Als je het over ziek zijn of pijn hebben hebt, komt ze vertellen over haar duim die tussen de deur had gezeten. Ze trekt er een moeilijk gezicht bij om te illustreren hoe ze er toen aan toe was. Ga ik thee zetten, dan loopt Tess al meteen naar het kastje om een schaaltje voor het theezakje klaar te zetten en een bakje te pakken waar ze dan zelf een handje rozijnen in doet die ze uit de pot graait ,die in de la staat. Want bij thee hoort iets lekkers en rozijntjes bij de thee zijn heel lekker. Dit gebeurt vanuit het niets, want het ene moment zit ze lekker te spelen en het andere moment springt ze op, omdat die kleine oortjes de boodschap al hadden opgevangen. Maar op weg naar de tafel met haar bakje rozijntjes vangt ze op dat er koekjes geserveerd gaan worden en halverwege verandert ze van plan en loopt terug naar de la, waar de pot rozijntjes staat, kiept de inhoud er weer in, zet het bakje in de kast terug en meldt zich bij de tafel voor een koekje. Er ontgaat haar niets.
Max van vier zit al op een ander niveau. Daar moet je mee oppassen. Dit is de leeftijd van het ongeremd eruit flappen van eerder opgedane informatie. Zo maakte hij laatst een opmerking waarbij hij waarschijnlijk al aanvoelde dat hij er balans in moest aanbrengen . Dat ging zo"Oma, jij bent niet zo slim, hè." En dan het rechtbreien met een compliment:" Maar je kan wel heel goed boodschappen doen".